Sinds een jaar voert Thom van Campen niet alleen het woord namens de VVD over dieren in de veehouderij, maar over alle dieren. Een grote portefeuille, want er leven meer dan 100 miljoen huis-, landbouw- en proefdieren in ons land. Dan tellen we dieren die in het water en het wild leven nog niet mee.
In Vakblad Dierenhulpverlening, een uitgave van Stichting DierenLot, licht Thom zijn prioriteiten binnen de categorie huis- en hobbydieren toe: de fok van met name honden en katten met schadelijke kenmerken, zoals korte snuiten en vouworen, en de kosten van de dierenarts.
Ras en fokkerij
Thom vertelt hoe hij geïnteresseerd raakte in ras en fokkerij toen hij en zijn vriend zelf twee jonge katten kregen:
Toen ik mij verder in dat onderwerp ging verdiepen, kwam ik erachter dat het rassensysteem en de fokkerij eigenlijk helemaal niet goed gereguleerd zijn en dat er geen toezicht op zich. Dit zorgt er dus voor dat er heel veel rassen zijn met erfelijke afwijkingen en onnatuurlijke kenmerken die zorgen voor gezondheidsproblemen. Dat vind ik heel erg, dus ik wil graag dat we daar wat aan doen. Daar zet ik mij hard voor in.
Op Dierendag vorig jaar pleitte Thom voor kwaliteitscriteria voor fokkers;
We zien dat onnatuurlijke kenmerken heel vaak een grote beperking en belemmering zijn voor de gezondheid van dieren. En ik denk ook dat dit bij veel mensen gedeeltelijk onwetendheid is. Het ziet er bijvoorbeeld misschien heel leuk en schatting uit, zo’n chihuahua met zo’n klein hoofdje, maar wat ze misschien niet weten is dat dat dier eigenlijk altijd hoofdpijn heeft. Ik vind het daarom belangrijk dat we die discussie aanzwengelen en daarin ook echt stappen durven te zetten. Als dat betekent dat we toewerken naar bijvoorbeeld een fokverbod, dan moeten we dat ook durven door te voeren.
Het is in principe al verboden om te fokken met zieke dieren. Vorig jaar steunden bijna alle partijen in de Tweede Kamer, ook de VVD, een motie van PvdD en PVV die het kabinet oproept om tevens het bezit en de verkoop van dieren die niet in Nederland mogen worden gefokt te verbieden. Niet alle EU-lidstaten zijn namelijk even ver als wij, waardoor kwaadwillende fokkers de Nederlandse wet via andere landen konden omzeilen.
Er is nog discussie over wat ziekmakende kenmerken zijn. Niet alle mopshonden hebben bijvoorbeeld ademhalingsproblemen, hield de verantwoordelijke staatssecretaris, Jean Rummenie (BBB), de Tweede Kamer in oktober voor. Hij wil stapsgewijs gaan. Eerst wordt het houden van naaktkatten en katten met vouworen verboden.
Thom ziet graag dat Rummenie een lijst maakt van schadelijke kenmerken, waarop vervolgens niet meer mag worden gefokt:
En laat je daarbij vooral adviseren door de wetenschap en hen de norm laten stellen. Zij weten vanuit hun onderzoeken maar al te goed welke kenmerken slecht zijn en hoe dat verholpen kan worden.
Kosten van dierenzorg
Een tweede aandachtspunt van de VVD is de prijs van dierenzorg. Dat heeft vaak te maken met fok: meer dan de helft van de honden en katten komt bij de dierenarts terecht vanwege erfelijke aandoeningen en schadelijke kenmerken.
We zijn als dierenvrienden natuurlijk ontzettend blij dat de dierenzorg in Nederland zo ver is ontwikkeld dat de meeste verwondingen en ziektes kunnen worden genezen. Maar baasjes schrikken nogal eens van de rekening:
Ze weten niet altijd voordat een behandeling wordt uitgevoerd, vooral in spoedgevallen, hoeveel ze kwijt zullen zijn. […] Ik ben natuurlijk als liberaal helemaal niet van de regeltjes, maar ik denk wel dat je bepaalde dingen, met name als het over zoiets belangrijks gaat als levende dieren, vooraf wel met elkaar goed geregeld en afgesproken moet hebben.
De VVD zou daarom graag zien dat de sector afspraken maakt over transparante tarieven. Dat helpt mensen met een dierenwens ook om te beslissen of en zo ja welk dier bij hen past.
Dierenwelzijn steeds belangrijker
Thom merkt dat dierenwelzijn de afgelopen jaren belangrijker is geworden:
De laatste vijf tot tien jaar is het een steeds minder politiek verdeeld onderwerp geworden. Of een partij nu wel of niet voorstander is van de veehouderij, de politiek pikt het niet meer dat er disrespectvol omgegaan wordt met dieren.
Niet alleen in Nederland; ook in landen om heen, zoals Duitsland en het Verenigd Koninkrijk, worden regels strenger en neemt de vraag naar diervriendelijke producten toe.
Het liefst ziet de VVD een gelijk speelveld in de Europese Unie voor bedrijven die met dieren werken. Denk bijvoorbeeld aan regels over transport van dieren of de inrichting van de veehouderij:
Wij kunnen wel in Nederland reguleren, maar dan is je impact erg beperkt en krijg je weglekeffecten: bedrijven gaan ergens anders naartoe, waar het dierenwelzijn minder een thema is. Maar ik vind wel dat wij als Nederland de norm mogen stellen en een voorbeeld mogen zijn. Vervolgens is het aan Brussel om ervoor te zorgen dat onze norm ook internationaal de norm wordt.
Lees het hele interview hier.